Juridische begrippen eenvoudig uitgelegd

Bepaalde termen die wij op onze website hanteren, zullen niet bij iedereen bekend zijn. Op deze pagina lichten toe wat wij met bepaalde termen bedoelen. Mocht u toch nog vragen hebben, laat het ons dan weten.

Een bedrijf of onderneming beweegt zich in het economische verkeer door goederen te (ver)kopen of diensten te leveren. Een bedrijf kan een rechtspersoon zijn, maar ook worden gevormd door natuurlijke personen. Dan spreek je meestal van een eenmanszaak, vennootschap onder firma of maatschap. Het verschil tussen een rechtspersoon en natuurlijk persoon is belangrijk voor de aansprakelijkheid van de natuurlijke personen die werken met het bedrijf. Bij een rechtspersoon zijn de natuurlijke personen in principe niet aansprakelijk voor de schulden van het bedrijf, maar bij een bedrijf gevormd door natuurlijke personen, dan zijn zij wel aansprakelijk. Dit is belangrijk bij de aanvraag van een faillissement.

Er zijn verschillende vormen van beslaglegging. Bij incassoprocedures is het gevolg altijd dat iemand de vrije beschikking over bijvoorbeeld een zaak of een bankrekening kwijtraakt. Het doel van beslaglegging is uiteindelijk dat een schuldeiser zijn vordering kan incasseren door de zaak waarop beslag is gelegd te verkopen of het geld op een bankrekening waarop beslag is gelegd tot zich te nemen. Als een rechter al een uitspraak heeft gedaan, dan heeft u een executoriale titel. U kunt dan via een deurwaarder executoriaal beslag leggen. Heeft u nog geen executoriale titel, dan zult u in het algemeen eerst een gerechtelijke procedure moeten starten. Dan kunt u wel conservatoir beslag laten leggen. Daarvoor heeft u een advocaat nodig.

Betekenen is het uitreiken van gerechtelijke stukken, zoals een dagvaarding, een oproeping of een vonnis, aan een verdachte, een getuige, een gedaagde partij of belanghebbende. In het algemeen wordt dit door een deurwaarder gedaan.

Een crediteur is een persoon of onderneming met een vordering op een andere persoon of onderneming. Een crediteur wordt in de incassopraktijk in het algemeen schuldeiser genoemd.

In faillissementen wordt een onderscheid gemaakt tussen verschillende crediteuren. Daarbij is de zogeheten rangorde bepalend. De rangorde bepaalt welke crediteur als eerste geld krijgt als de curator tot uitdeling overgaat. De rangorde is vastgelegd in de wet. Zo krijgt de Belastingdienst bijvoorbeeld eerder zijn geld dan iemand die een dienst heeft geleverd die nog niet betaald is. Meer informatie over de rangorde van schuldeisers in een faillissement treft u hier aan.

Er zijn verschillende curatoren. Op deze site geven wij uitsluitend de definitie voor het begrip faillissementscuratoren. Deze curatoren worden door de rechtbank aangesteld om het faillissement van een bedrijf of een natuurlijk persoon af te wikkelen. De voornaamste taak van de curator is zoveel mogelijk geld te verzamelen voor de crediteuren. Vervolgens moet hij dat geld onder alle crediteuren verdelen. Daarnaast zal de curator controleren of de schuldenaar zich aan allerlei wettelijke regels heeft gehouden en niet onrechtmatig heeft gehandeld. Zo controleert hij of sprake is geweest van paulianeus handelen.

Een dagvaarding is de oproep om voor het gerecht te verschijnen. De meeste procedures beginnen met een dagvaarding. Bijvoorbeeld incassoprocedures.

Eigenlijk is het begrip debiteur een boekhoudkundige term. Een debiteur is een persoon of onderneming die een schuld aan een ander moet voldoen. Een debiteur wordt in de incassopraktijk in het algemeen schuldenaar genoemd. Bedrijven kunnen debiteur zijn, maar ook natuurlijke personen.

Een executoriale titel is een voor tenuitvoerlegging vatbaar document. Dat betekent onder meer dat een deurwaarder een bedrijf of een particulier kan dwingen iets te doen of te laten. Zo kan bijvoorbeeld betaling worden afgedwongen door executoriaal beslag te leggen.  Een voorbeeld van een executoriale titel is de rechterlijke uitspraak.

Wanneer een debiteur niet aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen, kunnen crediteuren of de debiteur zelf het faillissement aanvragen. Dit faillissement wordt vervolgens uitgesproken door de Rechtbank. Meer informatie over de gevolgen van een faillissement leest u de pagina over faillissementsaanvraag.
Natuurlijke personen kunnen ook failliet worden verklaard. Maar in het algemeen zullen zij in aanmerking komen voor toelating tot de WSNP.

Een incassoprocedure is een manier om een geldvordering te innen. Er zijn verschillende incassoprocedures. In principe zal in eerste instantie worden geprobeerd het geld te innen via een zogeheten buitengerechtelijk traject. Dat betekent dat de crediteur de debiteur een laatste kans geeft om te betalen. De kosten moeten in het algemeen door de debiteur worden betaald. Als het buitengerechtelijke traject niet te betaling leidt, dan kan een procedure bij een rechterlijke instantie worden gestart. Dat kan ook een faillissementsaanvraag zijn.

Dit is een verzamelnaam voor alle regels die samenhangen met onder meer schulden, schuldsaneringen en faillissementen. Het is een complex rechtsgebied, doordat het heel breed is. Banken, woningcorporaties, telefoonmaatschappijen, gemeenten, deurwaarders en incassobureaus. Zij moeten zich allemaal houden aan het insolventierecht. Alle schuldenregelingen moeten voldoen aan de regels van het insolventierecht om te kunnen slagen. Het insolventierecht wordt ook wel het faillissementrecht genoemd, maar het is meer omvattend.

Een natuurlijk persoon is de juridische term voor een “mens” met alle rechten en plichten van die persoon. De toevoeging “natuurlijk” aan het woord persoon is van belang om het onderscheid aan te duiden met een ander persoon in het recht, namelijk de “rechtspersoon”. Dat zijn stichtingen, besloten vennootschappen, naamloze vennootschappen en dergelijke. Net als mensen hebben ook deze rechtspersonen rechten en plichten.

Een onbetwiste vordering is een vordering, waarvan het bestaan door de debiteur niet wordt ontkend. De debiteur zal bijvoorbeeld erkennen dat het product geleverd is en dat hij nog moet betalen. Dat is anders bij een betwiste vordering. Daarbij zal de debiteur bijvoorbeeld de hoogte van de schuld of het bestaan van de schuld ontkennen. Een reden daarvoor kan zijn dat het product waarvoor de koopsom nog betaald moet worden gebreken kent en niet goed is. Of dat een geleverde dienst niet op de juiste wijze is uitgevoerd.
Het begrip is belangrijk in het faillissementsrecht. Het faillissement van een debiteur kan alleen worden uitgesproken als een vordering onbetwist is. Als de debiteur de vordering op goede gronden betwist, zal een rechter het faiillissementsverzoek afwijzen.

Een opeisbare vordering, is een vordering waarvan de betalingstermijn is verstreken.

De (faillissements-)pauliana is een juridische actie die een schuldeiser of curator kan inzetten om een handeling van de debiteur waardoor de schuldeiser en eventueel andere schuldeisers benadeeld zijn terug te draaien,. Een dergelijke handeling wordt dan als paulianeus aangemerkt. Als het faillissement van de debiteur is uitgesproken, kan die actie alleen door de curator gedaan worden. De curator roept dan de faillissementpauliana in, waardoor handelingen van de debiteur die benadeling van schuldeisers tot gevolg had, worden teruggedraaid. Dit lijkt eenvoudig, maar is heel complex. Het advies is dan ook om het faillissement van een debiteur zo snel mogelijk aan te vragen als duidelijk is dat hij de vordering niet kan voldoen. Dan kan misschien voorkomen worden dat paulianeus wordt gehandeld door de debiteur. Voorbeelden van paulianeus handelen treft u hier aan.

Het begrijp persoonlijk faillissement leidt tot verwarring, omdat het eigen geen juridisch begrip is. Zowel natuurlijke personen (een mens (consument), eenmanszaak, vennootschap onder firma) als rechtspersonen (n.v., b.v., stichting e.a.) kunnen failliet worden verklaard. Als het faillissement is uitgesproken, is die juridische entiteit zelf failliet.
Met een persoonlijk faillissement wordt in het algemeen gedoeld op het faillissement van een natuurlijk persoon. Dat kan een consument zijn, een zzp’er, een eenmanszaak. Noem maar op.

Rechtspersonen zijn stichtingen, besloten vennootschappen, naamloze vennootschappen en dergelijke. Net als mensen (natuurlijke personen) hebben ook rechtspersonen rechten en plichten. Rechtspersonen kunnen daardoor bijvoorbeeld zelf in procedures worden betrokken, maar ze kunnen ook failliet worden verklaard.

Dit is een juridische term die eigenlijk alleen in het insolventierecht wordt gebruikt. De steunvordering is de tweede vordering die een crediteur nodig heeft om zeker te weten dat het faillissement van zijn debiteur wordt uitgesproken, als hij het faillissement van die debiteur aanvraagt. De informatie over die steunvordering moet bij de behandeling van de faillissementsaanvraag worden genoemd.

Een vordering is een te innen schuld op een debiteur of schuldenaar. Vaak is het een openstaande factuur, maar het kan bijvoorbeeld ook een geldlening of rente zijn dat niet betaald wordt. Ook achterstallig salaris is een vordering.

Deze schuldsanering wordt ook wel het faillissement van natuurlijke personen genoemd. Rond de eeuwwisseling heeft de wetgever in Nederland besloten dat iedere natuurlijke persoon die schulden heeft gemaakt een tweede kans moet krijgen. Dat betekent dat wanneer je met de schuldeisers geen afspraken kunt maken over de aflossing en kwijtschelding van je schulden, een natuurlijk persoon een beroep kan doen op de WSNP. De rechter wijst dan een WSNP bewindvoerder aan die gedurende drie jaar controleert of de schuldenaar voldoende voor de schuldeisers spaart en of de schuldenaar zich inzet om zoveel mogelijk te sparen. Als de schuldenaar de verplichtingen uit de WSNP nakomt, is de schuldenaar na drie jaar schulden vrij.